“Lieve
dierbaren,
Ik had een goede
reis. De engelen brachten me veilig aan Abrahams boezem. En o, de
opwinding die ik voelde toen ik Degene ontmoette die voor mij stierf!En
wat jullie er ook over gehoord hebben, er zijn gewoon geen woorden voor
om de glorie die Hem omgeeft te beschrijven. Ik heb het goed hier, heb
alles wat ik nodig heb. Wacht maar tot je mijn nieuwe huis ziet.
Ik ben
gelukkig hier omdat er geen zonde is, geen moord, , en je hoeft hier
zelfs nooit je deur op slot te doen! Hier regeert de perfecte vrede. Er
is hier ook geen ziekte. Ik heb een fonkelnieuw lichaam, net als Jezus.
O, en konden
jullie alleen het zingen maar eens horen! David speelde vandaag op de
harp en een grote menigte kwam bijeen bij de rivier en zongen een heel
nieuw lied. Het is hier prachtig want er zijn geen vreemden. Iedereen
kent mij bij naam.
Mozes en Aaron gaven
mij een rondleiding. Het leek wel of ze hier al eeuwig zijn. Het weer
is ook geweldig. Het is hier nooit te koud of te warm. Gewoon, altijd
een lekker temperatuurtje.
En weet je wat het
mooist is? Het wordt hier nooit donker. Het is aldoor licht door Jezus,
die Zelf het licht is.
Lieve
dierbaren, onthoudt dat ik hier veilig ben, en dat ik niet meer ziek
ben. Het is ook niet nodig dat ik jullie nogmaals schrijf, want ik
hoorde vandaag dat hier nooit iets veranderd. Het enige wat mijn
verblijf hier nóg mooier zou maken, is dat al mijn vrienden en
familie mij op den duur gezelschap komen houden hier in de hemel.
Met al mijn liefde,
Mij
|
|